[Update 2 oktober. Veel dank voor de donaties. We mikken op 6500 euro, 500 euro onkosten (met name de opmaakkosten van een rapport), de rest honorarium voor de tijd die Rob en ik erin steken. Tot nu toe hebben 140 mensen gedoneerd, variërend van 5 tot 250 euro. Teller staat op 6454 euro. We zijn er bijna!]
Komen hittegolven tegenwoordig veel vaker voor?
Terwijl Nederland geniet maar ook last heeft van een warme, zonnige en zeer droge zomer doemt de onvermijdelijke vraag op hoe uitzonderlijk de huidige warme periode is in historisch perspectief en in hoeverre dit met klimaatverandering te maken heeft. Het KNMI stelde in het NOS-journaal van donderdag 26 juli bij monde van Geert Jan van Oldenborgh dat:
Een warme zomer zoals we die nu hebben, gaan we in de toekomst nog veel vaker zien. Hittegolven komen nu frequenter voor: van een keer in de twintig jaar een eeuw geleden, tot elke twee tot drie jaar nu.[1]
Dat hittegolven nu vaker voorkomen is pas sinds 2016 ‘waar’. Toen presenteerde het KNMI namelijk een nieuwe gehomogeniseerde reeks voor De Bilt. Die homogenisatie hield in dat metingen vóór 1951 gecorrigeerd werden. Dat bleek met name gevolgen te hebben voor de hoogste temperaturen in De Bilt: waardes boven de 27 graden Celsius zijn met maar liefst 1,9 graden naar beneden bijgesteld. Dit heeft ingrijpende consequenties voor met name het aantal hittegolven in de periode 1906-1951. Dat waren er 23 maar door de correcties bleven daar nog maar 6 van over.
Hoewel niemand bestrijdt dat correcties door stationverplaatsingen en veranderde meetmethoden nodig kunnen zijn, roept deze ingrijpende aanpassing van de metingen in De Bilt wel grote vragen op. De metingen moesten destijds met 0,1 graden Celsius nauwkeurigheid afgelezen worden. Kan het werkelijk zo zijn dat met terugwerkende kracht alle historische waardes boven de 27 graden er bijna twee graden naast zaten?
Om dat te kunnen beoordelen dienen een hele reeks vragen beantwoord te woorden:
- Laten de ongecorrigeerde temperatuurmetingen in De Bilt in de jaren 1950/1951 (de periode van veranderingen) inderdaad een trendbreuk zien en zo ja hoe groot is die? Met andere woorden, is de noodzaak om te homogeniseren aangetoond?
- Hoe veranderde de temperatuur bij andere meetstations in dezelfde periode?
- Waarom besloot het KNMI om de metingen in De Bilt te homogeniseren aan de hand van station Eelde (bij Groningen) dat 143 km noordoostwaarts ligt. Zijn er geen andere stations dichterbij die geschikter zijn?
- Kunnen we de resultaten reproduceren?
- Hoe verhouden het aantal warme en tropische dagen in De Bilt zich ten opzichte van andere (hoofd)stations in Nederland en eventueel ten opzichte van omringende landen?
Deze vragen willen we, Rob de Vos en Marcel Crok, graag beantwoorden. Daarvoor is veel research nodig, interviews, schrijftijd etc. Graag vragen we uw financiële steun om dit werk te kunnen doen. Doneren kan via “doneren” in de menubalk op de website. Vermeld bij uw donatie #hittegolven.
De resultaten zullen gepubliceerd worden in een rapport en in artikelen voor de media en op blogs.
Rob de Vos[2]
Marcel Crok
[1] https://nos.nl/artikel/2243090-deze-zomer-zullen-we-in-de-toekomst-een-koele-zomer-noemen.html
[2] Eerder dit jaar publiceerden wij samen het rapport Waarom de KNMI-scenario’s niet zullen uitkomen. Dit rapport is gratis te downloaden via https://www.groenerekenkamer.nl/download/GRK-rapport-KNMI-scenarios-def.pdf
Waarom zien we nooit meer een grafiekje van het aantal zonne-uren? In de dertiger jaren waren er bijna 2 x zoveel zonne-uren als in de vijftiger jaren. Was de natuur de oorzaak? Of de mens? Want in de dertiger jaren was de grote crisis met weinig industriële productie en na de oorlog was er veel vervuilende industrie incl. veel smog (en wellicht daardoor dus afkoeling). En nog wat anders: op school in de 60’ér jaren vertelde de aardrijkskundeleraar over de dagelijkse weermetingen door boeren in het hele land. Hij vertelde dat we die metingen wel moesten relativeren, want als het… Lees verder »
NASA heft het ook nodig gevonden om te homogeniseren de data in de VS met dezelfde uitkomst als de KNMI. Hittegolven in de VS aan het begin van de 20st eeuw zijn er nooit geweest
“Hoewel niemand bestrijdt dat correcties door stationverplaatsingen en veranderde meetmethoden nodig kunnen zijn, roept deze ingrijpende aanpassing van de metingen in De Bilt wel grote vragen op. De metingen moesten destijds met 0,1 graden Celsius nauwkeurigheid afgelezen worden.” De meetnauwkeurig zegt helemaal niets over de absolute nauwkeurigheid. Je kunt iets met een duizendste graad nauwkeurig meten, terwijl er op die metingen een offset kan zitten. In dit geval dus doordat men dus in de Bilt naast stationverplaatsingen ook overstapte van een pagoda hut naar een Stevensonhut. Maar je vindt wel dat correcties noodzakelijk zijn. Logisch want anders is het appels… Lees verder »
“Het zou wel erg raar zijn als de kansen op extreme temperaturen niet zijn toegenomen.” En dus moet een beslissing om allerlei conclusies te hangen aan homogeniseerde meetreeksen zorgvuldig en onafhankelijk gebeuren. En dat onderzoek vond plaats uitsluitend door instituten die publiekelijk al de overtuiging in sterke, alarmerende bewoordingen deelden dat inderdaad “het wel erg raar zou zijn” als extremen niet zouden toenemen gezien de modellen en toen in het archief doken en een methode selecteerden die er inderdaad toe leidde dat de trend nu wel zichtbaar werd in alle visualisaties. Je moet toch toegeven dat het niet bepaald overkomt… Lees verder »
@Herman Aven ““Het zou wel erg raar zijn als de kansen op extreme temperaturen niet zijn toegenomen.” En dus moet een beslissing om allerlei conclusies te hangen aan homogeniseerde meetreeksen zorgvuldig en onafhankelijk gebeuren.” Je hebt me niet helemaal begrepen. Ook de niet-gehomogeniseerde reeks van De Bilt laat duidelijk opwarming zien. Je moet toch toegeven dat het niet bepaald overkomt als onbevangen en objectief. Zoals ik op ons blog al schreef in een reactie: De homogenisatie kan natuurlijk altijd beter, maar dat is een open deur. Ik heb de indruk dat het KNMI niet over een nacht ijs is gegaan… Lees verder »
Hmm de co2 theorie met versterkte waterdamp zou warmere nachten en mildere winters betekenen en een vlakkere pool-evenaar temperatuurgradient. Dus minder hittegolven. Verder hebben we nog het record van 1540 staan toen je in basel onder de brug tot het midden van de rijn kon lopen (check de baselwebcam voor het huidige peil) dus ik verwacht minder extremen.
Kun je me even de logica uitleggen achter de redenering: warmere nachten, mildere winters, vlakkere pool-evenaar temperatuurgradiënt –> minder hittegolven? Volgens mij is dat een klassieke non-sequitur. Niets van dat alles impliceert immers dat de zomers in onze contreien koeler zouden worden. Hoogstens dat ze minder snel opwarmen dan nachten, winters en/of poolgebieden.
En blijkbaar is het volgens de overlevering ooit, meer dan een halve eeuw geleden, warmer en/of droger geweest in Basel dan nu? Heb je echt niks beters?
Even out of the box denken hans, warmere nachten meer waterdamp meer dauw meer mist meer wolken meer albedo je ziet het effect al in april optreden. De waargenomen global brightening heeft nix met co2 en meer waterdamp te maken maar met een schonere lucht, dus minder aerosolen, minder smog, minder wolken en een lager albedo. Nao is nog steeds dominant in nederland.
Ah, het spelletje doelpalen verplaatsen is alweer begonnen. Ik pas.
Hallo Jos, “Ook de niet-gehomogeniseerde reeks van De Bilt laat duidelijk opwarming zien” Dat is precies het punt. Dus gaat men keuzes maken vanuit een bepaalde oriëntatie. En dan niet zozeer vanuit “er is duidelijke opwarming” maar juist ook “het zou raar zijn geen duidelijke toename extremen te zien”. En die duidelijkheid was er eerder niet in deze set maar wel verwacht gebaseerd op theorie. Je kunt dan ook beslissen niet te homogeniseren. Of een aantal methodes duidelijker naast elkaar te laten bestaan en niet deze serie uit te zonderen “for public communication and for all their products”. Je vertelt… Lees verder »
@Herman Aven “Dus gaat men keuzes maken vanuit een bepaalde oriëntatie. En dan niet zozeer vanuit “er is duidelijke opwarming” maar juist ook “het zou raar zijn geen duidelijke toename extremen te zien”. En die duidelijkheid was er eerder niet in deze set maar wel verwacht gebaseerd op theorie. Zie mijn grafiek hierboven of duik zelf in de data. Die duidelijkheid over de opwarming was er dus wel degelijk in de niet gehomogeniseerde dataset van De Bilt. Die zin over de extremen is niet meer dan logisch en die komt van mij en niet van het KNMI. Zinnen van mij… Lees verder »
“Die duidelijkheid over de opwarming was er dus wel degelijk” Nee, ik heb het over de extremen en hittegolven. Dat is ook het onderwerp geloof ik van het artikel en van mijn reacties. Ik weet niet waarom je het over algehele opwarming blijft hebben, Ik probeer het nog een keer: juist omdat je zou verwachten een trend te zien maar die er niet was (zie KNMI voor 2016, etc) is het niet te verkopen dat je een nieuwe bewerking introduceert voor de oude data die nu wel de verwachte nummers levert. Het mag wiskundig kloppen maar dat staat los van… Lees verder »
@Herman Aven “Nee, ik heb het over de extremen en hittegolven. … Ik weet niet waarom je het over algehele opwarming blijft hebben…” Voor de derde keer: als er een opwarmende trend is, is het logisch dat de kans op extremen en hittegolven toenemen. ”..is het niet te verkopen dat je een nieuwe bewerking introduceert voor de oude data…” Nogmaals: anders kun je de oude data niet vergelijken met de nieuwe data. Dat is appels met peren vergelijken. ”Het gaat me om het gebruik dat leidt tot definitieve “correcties””. De wetenschap staat niet stil dus “definitief” is de huidige homogenisatie… Lees verder »
Speurtocht? Het lijkt zo overheersend aanwezig in menig betoog dat je maar een steentje hoeft te werpen en er vallen er al drie uit de dichtstbijzijnde boom. Natuurlijk is dat nog geen bewijs alleen observatie. Nog een keer dan, je blijft schrijven: “Voor de derde keer: als er een opwarmende trend is, is het logisch dat de kans op extremen en hittegolven toenemen.” Juist dat “logische” is een vooronderstelling. Prima hoor. Dat kun je verwoorden in een stelling bijvoorbeeld “toenemende trends van gemiddeldes leiden vrijwel zeker tot toenames van de extremen”.. Dat kunnen we dan falsificeren en dan blijkt dat… Lees verder »
Ik ben allesbehalve een deskundige, maar ik weet wel zeker dat er ook een hittegolf was in 1959. Ik ben geboren op 9 augustus 1959 en van mijn geboorte en van mijn moeder weet ik dat ik tijdens een hittegolf ben geboren en dan ook nog op de heetste dag van dat jaar. Ik denk dat je er gevoeglijk van uit mag gaan dat elke vrouw die tijdens die zomer hoogzwanger dit niet licht zal vergeten. Deze hittegolf wordt dus ook niet vermeld in bovenstaande statistiek.
De grafieken van op blz 31 uit het KNMI homogeniseerrapport (https://www.knmi.nl/nederland-nu/klimatologie/gemeten-reeksen) laten inderdaad helder zien wat voor enorme impact deze homoganisatie op de historische meetgegevens heeft. Wat ik nog opvallender vind is dat de minimum meetwaarden nagenoeg onveranderd blijven na de homoganisatie. Dit geldt ook voor het aantal koudegolven..onveranderd. Het komt mij aldus voor dat met de huidige correctie selectieve aanpassing mogelijk blijkt terwijl het logischer zou zijn de gevonden correctie op alle meetdata toe te passen.
Herman, dat hoeft op zich niet zo te zijn. Het is best mogelijk dat Tmax meer gecorrigeerd moet worden dan Tmin. Maar wij vinden sowieso niet dat de huidige correcties door het KNMI heel goed onderbouwd zijn. Daarom willen er verder induiken.
Ik zou zelfs zeggen dat het volkomen logisch is dat met name hoge meetwaarden gecorrigeerd worden. Want in de oude meetopstelling was de thermograaf minder goed afgeschermd van de invloed van direct zonlicht. Op warme, zonnige dagen is dat effect het grootst, in koude winternachten bestaat het niet. Daar zou de verplaatsing van het meetstation nog wel een effect kunnen hebben.
Ik denk dat je indirect zonlicht bedoeld. Warmte of koude is wat het instrument moet meten.
blz 21: The corrections are generally small in winter. For Tx large positive corrections (up to 1.9°C ) are found in summer for the largest percentiles. This is mainly a result a combination of the pagoda which was open at the bottom and affected by reflected sunlight and the enclosed location till 1951.
De vraag is dus inderdaad of een correctie van max 1.9°C niet een beetje te veel is van het goede bij via het gras gereflecteerd zonlicht,
Misschien had ik “direct en indirect” moeten schrijven. Het punt is dat een Stevenson screen een betere behuizing is. En blijkbaar volgde uit het onderzoek een correctie van maximaal 1,9°C voor “the largest percentiles”, ofwel een kleine fractie van de metingen. In het citaat dat je zelf aanhaalt staan expliciet 2 meest bepalende factoren genoemd: de open onderkant én de verplaatsing. Dus 1,9°C is inderdaad waarschijnlijk wat veel van het goede voor een correctie voor via het gras gereflecteerd zonlicht. Die correctie is dan ook kleiner.
Meetcorrecties zijn nodig als vermoed wordt dat de karakteristiek van het meetelement verandert in de tijd. Maar dat valt niet onder homogenisatie, toch? Temperatuurmetingen met thermografen (in De Bilt in gebruik tot 19610628) registreerden een hogere minum- en een lagere maximumtemperatuur ten opzichte van simultane metingen met instrumenten gebaseerd op temperatuursafhankelijk weerstanden en die gebaseerd op thermokoppels. Terug te voeren naar de verschillen in responsietijd. Voor de gemiddelde temperatuur (zie onder voor het bepalen daarvan) waren de verschillen verwaarloosbaar. Het is te lang geleden (1960-1980) om stellige uitspraken te doen over de grootte van de verschillen; de grootte van de… Lees verder »
Verkeerde link, sorry
Het moet deze zijn: https://cdn.knmi.nl/system/downloads/files/000/000/033/original/TR_homogeniseren_dag.pdf
Ik heb De Staat van het Klimaat en verbaas me er nog steeds over dat een discussie gemeden wordt als de Pest…De ‘Scare ‘m to death methode’ is nog steeds populair en het lijkt wel of ‘de media’ het betreuren dat de hitterecords niet gemeten zijn…Ik geloof in Marcel en doneer om te beginnen 50€…
Een interessant artikel hierover kwam ik onlangs tegen waarin aannemelijk wordt gemaakt dat het homogenisatieproces voor station de Bilt mogelijk wat minder geslaagd is dan andere stations. http://www.fransdijkstra.eu/index_htm_files/CommentaarHomogenisatie.pdf
Klopt, we hebben contact met Frans hierover. Samen proberen we de homogenisatie te reproduceren.
Lijkt me echt veel relevanter de stijgende temperaturen sinds de laatste vijftig jaar EUROPEES te gaan vergelijken i.p.v. KNMI onder een vergrootglas te leggen. De hittegolf van 1976 trad alleen in Nederland op. Hoe is het met de hittegolven Europees gesteld?
Dus Gerard Cox had in 1973 geen idee waarover hij zong. Misschien herinneringen uit zijn kinderjaren.
https://youtu.be/23ORU2CZ5K4
‘T Is Weer Voorbij Die Mooie Zomer (1973) Die zomer die begon zowat in mei.
Maar heeft een langdurige zelfde weerbeeld niet meer te maken met een geblokkerde jetsteam positie. In de winter zou hetzelfde weerbeeld een langdurige koude periode kunnen veroorzaken. De vraag is dus ‘wat beinvloed de bewegingen van de jetstream?’. CO2 ?